Is een weg wel een weg op een woonerf?

Het lijkt heerlijk om je kleine kinderen groot te brengen: wonen aan een woonerf. Een kindvriendelijke wijk met genoeg ruimte om te spelen. Op de weg rijden auto’s maar deze mogen maar stapvoets rijden. Kinderen hebben de ruimte en de vrijheid om buiten te spelen en er komen weinig tot geen mensen die er niet wonen. Maar wat is eigenlijk de geschiedenis van een woonerf en hoe zit het met de wetten en regels?

Stapvoets

Het stapvoets rijden is een groot voordeel aan een woonerf, maar ook direct een onduidelijkheid. Het AD schreef gisteren (1 juni 2023) dat verschillende gemeenten geklaagd hebben over de onduidelijkheid van het woonerf. Voor veel automobilisten is het niet duidelijk hoe hard ze hier mogen rijden. Het ‘woonerf’-bord geeft dit namelijk niet aan.

15 km/uur

Sinds een paar jaar geldt er op woonerven een maximale snelheid van 15 kilometer per uur. Even leek het belang van het woonerf minder te worden toen er in woonwijken een snelheid van 30 kilometer per uur ging gelden. Dit was in de jaren ’80. De woonerven overleefden deze wetsaanpassing en bleven de ontwikkeling van nieuwe wijken en stratenpatronen beïnvloeden.

Over de grens: the woonerf

Niet alleen in Nederland was men enthousiast over deze manier van het inrichten van woonwijken. De ANWB heeft brochures gepubliceerd over het woonerf in verschillende talen. Door heel Europa verspreid zijn er nu dorpen en steden met een soortgelijke structuur. Ook in het Verenigd Koninkrijk kun je ze vinden. Ze hebben er daar alleen nooit voor gekozen om het woord te vertalen, een woonerf is daar gewoon 'a woonerf'.

Regels

De overheid bepaalde eind jaren zeventig de regels voor verkeer op een woonerf. Zo is er besloten dat voetgangers de hele breedte van de weg (of eigenlijk gewoon het hele erf) mogen gebruiken. De voetgangers komen voor de automobilisten. De automobilisten mogen hier overigens ook alleen rijden als het bestemmingsverkeer betreft. Een woonerf is geen doorgaande weg.

Ongevallen

Dit betekent automatisch ook dat er relatief veel voetgangers en spelende kinderen zijn op een woonerf. Mocht er een verkeersongeval met een auto en voetganger plaatsvinden, zal de bestuurder van de auto altijd ten minste gedeeltelijk aansprakelijk zijn. Belangrijk voor woonerven is ook dat de wet onderscheid maakt tussen fietsers en voetgangers van 14 jaar en ouder en kinderen die jonger zijn. Als er een fietser of voetganger betrokken is van 14 jaar of ouder zal dit slachtoffer altijd tussen de 50 en 100% van de schade vergoed krijgen. Bij jongere kinderen is dit 100%. Het percentage ligt hier hoger, omdat het verkeersinzicht van jongere kinderen nog minder goed ontwikkeld is. De percentages kunnen anders uitpakken wanneer de bestuurder aan kan tonen dat het kind de aanrijding opzettelijk heeft veroorzaakt. In de praktijk komt dit bijna nooit voor.

Een woonerf vraagt dus extra oplettendheid van de automobilisten. Toch draag deze wijkinrichting onder aan de streep al sinds de jaren zeventig bij aan veiligere woonwijken.